Hulpverleners en psychologen trekken aan de alarmbel: een alsmaar groter deel van de
Brusselse jeugd kampt met mentale problemen. En opvallend: een aantal typisch
grootstedelijke fenomenen (‘triggers’) versterken die depressieve gevoelens, blijkt uit een
brede rondvraag van BRUZZ.
‘Ik voel me bijna altijd angstig’, vertelt Fatima (17). Een moeilijke gezinssituatie maar ook de
angstgedachte van een onzekere toekomst wegen op de jonge vrouw, die alleen anoniem wil
getuigen over haar strijd. ‘Lange tijd kon ik niet slapen. Ik wou niet meer naar buiten. Ik voelde me
gelukkig in de pijn.’
Maar toen ze elke dag paniekaanvallen kreeg, wist ze: ‘Ik moet hulp zoeken’.
Fatima vond – gelukkig – de nodige therapeutische ondersteuning. ‘Ik voel me sterker worden met
de tijd.’ Maar, zo leert de ervaring van een groot aantal hulpverleners en psychologen: de praktijken lopen vol door een toename aan zorgvragen, meer dan vroeger. Tegenover elke jongere die geholpen raakt, staat vandaag een veelvoud die het zelf moet uitzoeken. Een ongezonde situatie. En bovendien: Brussel blijkt helemaal niet genadig op dat vlak. Opgroeien in een grootstedelijke context versterkt soms net die gevoelens van depressie en burn-out.
Op vraag van BRUZZ geven experts een lijstje met typische ‘triggers’, met een enorme maar nog te
vaak onderschatte impact op iemands persoonlijke welzijn.
Culturele achtergrond
Internationalisering en migratie tekenen Brussel, met driekwart van de inwoners met buitenlandse
roots. Daardoor groeit een groot deel van de jeugd op in minstens twee culturen: die van de
originele herkomst, en die daarbuiten – de school, de straat, de samenleving. ‘Dat hoeft niet altijd
te conflicteren’, zegt Jef De Block van TEJO BXL, een vrijwilligersorganisatie die therapeutische
hulpverlening biedt aan tien- tot twintigjarigen. ‘Maar evengoed zorgt het voor verwarring. Ik ken
veel scholieren die, aangemoedigd door de leerkracht, zich mondig en kritisch uitlaten. Maar thuis,
omdat het zo hoort volgens bepaalde opvattingen, zwijgen en luisteren. Wie in twee werelden
woont, dreigt soms verloren te lopen. Welke versie van mezelf ben ik namelijk echt?’
Of neem de rol van de ouders. ‘Die nemen niet altijd de tijd om te spelen met de kinderen, uit schrik
om de sociale hiërarchie te mixen’, weet Saddaf Gondal, psycholoog bij SONJA Erteejee, een
samenwerkingsverband van een veertigtal organisaties actief in de Brusselse jeugdhulp. ‘Als
iemand, opgegroeid in dat kader, dan hoort van een klasgenootje dat regelmatig gaat voetballen met
zijn vader, beginnen de vragen. Waarom doen mijn ouders dat niet? Omdat ze mij niet graag zien?’
Volgens De Block zorgen die verschillende rollen en gedragscodes voor een geestelijke tweespalt,
die veel energie kost om te overbruggen. ‘In een poging voor iedereen goed te willen doen, zullen
sommigen hun eigen verlangens daarom aan de kant schuiven’, vult Gondal aan. ‘Maar dat drukt op
den duur op het gemoed, en kan zorgen voor tal van reacties.’
Reacties die zich in verschillende vormen manifesteren: hevige stressmomenten, spontane
huilbuien, faalangst, eet- en concentratieproblemen, een diepe vermoeidheid… maar ook spijbelen,
sociaal isolement, ongehoorzaamheid of agressief gedrag – externe uitingen van een intern
conflict.
Taboe
Ondanks een verhoogde aandacht in de media de laatste jaren, door campagnes en persoonlijke
getuigenissen, rust op mentaal welzijn nog steeds een taboe. En dat taboe weegt nog harder door in
sommige middens, weet Rudy Raes, verantwoordelijke van het open huis D’Broej-OverKop.
‘Neem bijvoorbeeld de Sub-Saharaanse culturen: over jezelf spreken hoort niet. Wie een
psycholoog bezoekt, is ofwel gek ofwel bezeten. Dat maakt de stap naar hulp zoeken extra
moeilijk.’
Ook de jongeren zelf denken vaak nog negatief over het beroep, weet Gondal. ‘Een psycholoog?
Dat is een oude man in een grijs pak, die moeilijke vragen stelt en daarna alles in een geheim
notitieboekje schrijft. Maar dat cliché klopt natuurlijk niet.’
Daarom koos het team van SONJA Erteejee voor een radicaal andere aanpak, door de jongeren te
bezoeken waar ze zich comfortabel voelen. Op school, in de sportclub, soms in hun slaapkamer.
‘Dat helpt bovendien om een nog beter begrip van de situatie te krijgen.’
Ook niet onbelangrijk: de mogelijkheid om onbekend te blijven. Onder de radar te blijven. Wie
binnenwandelt bij een TEJO-huis, en dat zijn er steeds meer en meer, kan dat vrijwel volledig
anoniem doen. Het opgeven van de achternaam is niet verplicht. ‘Ook de ouders hoeven van niets te
weten’, verduidelijkt De Bock, die vaak telefoontjes krijgt met specifiek die vraag. ‘De cliënt
bepaalt zelf wat hij of zij wil vrijgeven. Alles kan, zolang het maar leidt tot een situatie die aanzet
tot spreken. Want daarin geloof ik stellig: in de preventieve waarde van het uiten van gevoelens. Dat
lost niet altijd alle problemen op, maar het vermindert wel de stress en dat beklemmende gevoel van
angst en onmacht.’
Dat bevestigt Lisa (15) via haar verhaal. ‘Ik durfde niet te falen op school, dus legde ik de lat voor
mezelf extreem hoog. Maar de angst om fouten te maken, breidde zich uit. Op een bepaald moment
durfde ik zelfs niet meer naar de kassa om inlichtingen te vragen.’
Na een gesprek op school kwam Lisa bij een psycholoog terecht. Een godsgeschenk. ‘Die leerde mij nadenken over mijn gedrag, en hoe dat te wijzigen. Ik voel veel meer rust, sinds ik weet vanwaar mijn gedachten komen.’
Racisme en discriminatie
‘Lange tijd dacht ik er niet bij na, dat ik zwart was. Het boeide me niet. Ik leefde tussen mijn
vrienden. Maar door minder kansen te krijgen, en door Black Lives Matter, werd ik mij ervan
bewust. Ik werd verplicht om mij bezig te houden met mijn huidskleur. Dat maakte me kwaad.’
De in Brussel wonende zangeres Ikraaan (24) weet wat het doet met een mens: systematisch
verengd worden tot je uiterlijk, en alle daarmee gepaard gaande associaties. ‘Van kleins af voelde ik
die ongelijkheid. Via het watervalsysteem in het onderwijs. Of door verplicht Sinterklaas en Zwarte
Piet te moeten vieren, een heel vreemd gevoel voor een peuter.’
Ikraaan lanceerde in april 2022 haar debuutplaat met de veelzeggende titel ‘Geestelijke
Gezondheidszorg’. Haar album legt op een ruwe maar eerlijke manier getuigenis af van haar strijd
met haar innerlijke demonen – vaak het geïnterioriseerde oordeel van de andere. Niet toevallig
zingt ze in het nummer ‘Zwarte Vijvers’ (geen referentie aan de metrohalte in Molenbeek): ‘Boze
zielen zuigen mij leeg daarom dat ik me in twee verdeel’.
Veel mensen van kleur lijden in stilte, zegt de zangeres. ‘Ze verbergen zichzelf om aanvaard te
worden. Maar wie ben je dan? Waar sta je als individu nog voor? Om die vragen voor mezelf te kunnen beantwoorden, verdiepte ik me in filosofie en psychologie, en via de muziek kon ik mijn
frustraties de vrije loop laten.’
Racisme, discriminatie, uitsluiting: ‘het verhindert mensen te zijn wie ze willen zijn, en ondermijnt
het geloof in het eigen kunnen’, bevestigt Gondal. Onlangs sprak Gondal nog een meisje dat, samen
met haar moeder, op zoek ging naar een huis. Pas toen de twee vrouwen beslisten om de panden
zonder hoofddoek te bezoeken, lukte het om een huurcontract af te sluiten. ‘Dat tekent een
persoon.’
Maar, vult Ikraaan aan: ‘Ik wil het ook niet herleiden tot een wij-zijverhaal. Racisme bestaat. Maar
het helpt evenmin om mensen tot vijanden te maken die eigenlijk geen vijanden hoeven te zijn.’
Vermoeiende stad
‘Als ik een weekend naar de Ardennen organiseer, dan zit de groep al vol nog voor ik aan de
inschrijvingen kan beginnen.’ De verantwoordelijke van D’Broej-OverKop wijst op misschien wel
een van de meest onderschatte elementen op iemands welzijn: de ‘fysicaliteit’ van een omgeving –
de zintuiglijke impact. ‘Onderschat de drukte van een grootstad als Brussel niet’, verklaart Raes
zichzelf nader. ‘Altijd lawaai, overal verkeer, non-stop indrukken en impressies: dat mat een mens
af. Zowel fysiek als mentaal.’
En dat geldt misschien nog het meest voor jongeren die in een sociale woonwijk leven, waar
nauwelijks groen te vinden valt, en waar grote families een veel te kleine woonruimte moeten delen.
Privacy bestaat er ook nauwelijks, en de mogelijkheid om zich af te zonderen al helemaal niet.
Vooral tijdens de twee jaar durende pandemie leidde dat tot schrijnende situaties, weet Gondal: ‘Ik
ken een zeventienjarige die talloze gasboetes kreeg door de avondklok te negeren. Maar het enige
dat hij wilde na een dag binnenzitten met broertjes en zusjes, was even tijd voor zichzelf. Kunnen
ademen.’
Om die redenen – het teveel aan prikkels, maar ook de torenhoge woningprijzen die haar
afschrikken – wil de zangeres Ikraaan trouwens weg uit Brussel. ‘Ik wil zo snel mogelijk
verhuizen’, bevestigt ze.
Praktische bezwaren
Een psycholoog kost makkelijk vijftig à zeventig euro per sessie. Voor niet-kapitaalkrachtige
patiënten, zoals jongvolwassenen, blijft dat een fiks bedrag, in de veronderstelling bovendien dat ze
in de eerste plaats een geschikte psycholoog vinden. Want de beroepsgroep trok afgelopen zomer
aan de alarmbel om te waarschuwen voor de lange wachtlijsten en de oplopende facturen.
Daarom dat organisaties zoals TEJO, D’Broej-OverKop en SONJA Erteejee gratis
therapiemomenten aanbieden. Net om die financiële barrière te beslechten. ‘Het helpt jongeren
overigens in hun overtuiging dat de zorgverstrekkers écht willen helpen, en het niet doen voor het
geld’, aldus De Block.
Raes wijst op nog andere praktische bezwaren in het vinden van geschikte hulp. Ten eerste: de
administratie. ‘Die wordt steeds complexer en absurder. Zelfs voor professionals zoals ik.’
Ten tweede: de taalrol. ‘Het Nederlandse circuit is strikt gescheiden van het Franstalige net, terwijl het toch om dezelfde problematieken gaat, in één en hetzelfde gewest. En binnen het circuit bestaan dan nog vele diensten die natuurlijk niet altijd met elkaar samenwerken. De grootste dupe van dat institutionele labyrint? De jongeren, natuurlijk.’
En wat met die andere taalkwestie: het (niet) kunnen begrijpen van elkaar? Speelt dat mee? Mag
iemand die geen perfect Nederlands spreekt nog steeds op visite komen? Alle bevraagde instanties
voor dit artikel bevestigen volmondig: ‘ja – uiteraard’.
De Block: ‘Psychologie gaat over de talige beleving, en hoe taal een individu vormt. Maar zelfs als
iemand geen honderd procent Nederlands spreekt, dan nog moet hij of zij zich welkom voelen.
Desnoods door alternatieve methoden, zoals het maken van tekeningen. Of door grappen te
vertellen. Humor werkt nog altijd het best als ijsbreker naar vertrouwen.’
Bovenstaand artikel verscheen eerst in BRUZZ, het Brusselse stadsmagazine. Bekijk ook het interview met Ikraaan.